Mijn vierde vakantieweek is om, ik ben precies op de helft.
Wat is het tot nu toe een heerlijke periode geweest. Ik heb het gevoel dat ik onafgebroken buiten heb kunnen zijn. Buiten in de tuin, op de fiets, op Ameland, in het badje-van-de-buren of in zee. En omdat ik vanaf half mei In Zweden ook al drie weken stralend weer had lijkt dit echt zo’n eindeloos durende zomer. Zo’n zomer zoals ik me van vroeger herinner. De zomers die ik in mijn gevoel maanden op het strand doorbracht of aan het zeilen was. Dat gevoel heb ik heel lang niet gehad.
Toch heeft ook deze afgelopen periode verschillende soorten weer gekend.
De hittegolf staat daarbij op nummer één. De strakblauwe lucht, de tuin die sidderde onder de hitte. Het afkoelen in het badje-van-de-buren. Heerlijk was dat want ik kon er dan weer uren tegen. De trillende hitte boven het drooggevallen wad, ook zo’n herinnering. Nergens schaduw, geen zuchtje wind maar wat was het mooi. De lome moeheid die maakte dat je nergens toe kwam maar die ook wel erg bij de vakantie hoorde, de ventilator naast mijn bed.
Op nummer twee staat het natuurgeweld wat een paar dagen geleden over ons heen raasde. Van de ene op de andere minuut was de lucht inktzwart en regende het van onder naar boven. Overal, echt overal een gordijn van water en een bulderende wind. Pas de volgende dag werd duidelijk wat voor schade er was aangericht. Gisteren ben ik met de kettingzaag de grote takken van de kastanjeboom te lijf gegaan, de hele tuin lag vol.
Nummer drie is het echte Nederlandse zomerweer. Zon, zo nu en dan een buitje, een blauwe lucht met spierwitte wolken of een licht bewolkte lucht waar weinig blauw in te zien is. Een heerlijke temperatuur van rond de 21 graden waarin je van alles kunt doen zonder het te warm of te koud te krijgen. Beetje wind, de ene keer wat meer dan de andere, en vaak toch net genoeg om de eco-stand van mijn fiets te gebruiken. Fietsen met de wind door je haar langs de dijkjes vol met bloemen en de weilanden waar gelukkig nog steeds koeien staan te grazen.
En op nummer vier staan de ‘gewone’ regenbuien. Soms een miezerig saai regentje en soms harde buien die de tuin geselen en de hoge planten laten knakken. Als je tussen de buien niet gewoon naar buiten gaat lijkt het net of het de heel dag regent maar dat komt zelden voor. Volgens mij bestaan er ook geen slechte zomers, alleen zomers waarin je de kussens van de tuinstoelen wat vaker naar binnen en naar buiten moet brengen. Dat zijn de zomers waarvoor ik mijn regenscherm heb aangeschaft!
Het weer, het meest gebruikte gespreksonderwerp in ons land.
Het weer, altijd anders en bijna altijd goed.
Het weer, waaraan ik kan onthouden wat er allemaal gebeurt in deze lange vakantie.
Het weer, wat zouden we moeten zonder ons weer?